Myrtidia 1960 eerste zomerkamp Leendert W. Ruitenberg (IN DUTCH)

 

Werkkamp-impressies

(Door Leendert W. Ruitenberg, deelnemer aan het eerste internationale oecumenisch zomerkamp Myrtidia in augustus 1960, in Word door Jean Bingen, december 2017)

 

Als je nog nooit in een oecumenisch werkkamp bent geweest, sta je er wat huiverig tegenover. ”Kamp heeft altijd een klank van verplichtingen; van op tijd dit en op tijd dat doen, vooral van vroeg opstaan, iets waar een student meestal grote moeite mee heeft. Ook het voorvoegsel “werk” geeft geen prettige associatie, en oecumenisch zou – zo dacht ik – wel goed christelijk betekenen, en voor mij té christelijk. Alle verplichtingen waren er, maar ze bleken prettig; en goed christelijk is niet té christelijk.

Begin augustus betrad ik met veel reserves dus het eiland Kythera. Een eiland, wat groter dan Texel, even ten zuiden van de Peloponnesos, Griekenlands grootste schiereiland. En wat zie je het eerst op de kade? Een Peugeot 403 met een NL-plaat! En de heer J. Koksma, de architect ernaast. Hij tracht met zijn vrouw en Charley Schroeder, een Amerikaan, de bevolking – ontmoedigd door steeds meer erosie en daardoor geneigd tot emigratie vooral naar Australië – een beetje hoop in te blazen door hun technische adviezen en steun te geven. Zij vormden tevens de technische leiding van het kamp.

TEGENSTELLING MET NEDERLANDER

In het werkkamp kijk je de eerste dagen tegen elkaar aan. De taal (Engels) loopt nog wat stroef. Je probeert alle namen te onthouden en de koppen die daarbij horen. Na een dag of vier ken je ze dan wel: de vier Duitsers, de vier Engelsen, de vier Amerikanen, de vijf Grieken, de twee Australiërs, de Pakistani en de tweede Nederlander. De gemiddelde leeftijd is 23, bijna de helft der deelnemers bestaat uit meisjes.

Opvallend is het grote aantal theologen, of theologen in spé, negen van de vijf-en-twintig. Negen confessies zijn vertegenwoordigd, er zijn anglicanen, lutheranen, methodisten, congregationalisten, presbyterianen, hervormden, een Evangelical en een lid van de United Church of Christ, een Amerikaans kerkgenootschap, gevormd uit voorheen zelfstandige kerken. En dan – en die noem ik apart – de Grieks-orthodoxen. Waarom apart? Ja, eigenlijk zijn alle voorgenoemde kerken ongeveer hetzelfde, in vergelijking met de orthodoxen. In het kamp zijn de grote discussies vooral gevoerd door protestanten enerzijds en Grieken anderzijds. De protestanten waren in vele opzichten gelijk. Is het niet vreemd dat de twee protestanten die het meest tegenover elkaar stonden, lid waren van dezelfde – de Nederlandse Hervormde – Kerk?

UITSTEKEND CONTACT

Wat over het werk te zeggen. Voor ons persoonlijk was dat niet zo belangrijk. Het belangrijke is het contact met de anderen. En de bevolking. Maar voor de goede orde: om de wilde geiten van een toekomstige bomenaanplant af te houden moest er een hek komen rondom een groot stuk grond. Dat staat er nu. Het meubilair van het ziekenhuisje heeft een nieuw verfje gekregen. Er is begonnen aan een stuwdam(metje), de eerste op het eiland. Het fundament hiervoor is gelegd. De bewoners hebben beloofd hem af te maken. Dat is al wat: de mensen moeten uit hun lethargie gehaald worden, moeten zien dat er een toekomst voor hun eiland is. Wij hebben jammer genoeg weinig contact met ze gehad, we hadden ons kamp ver van de bewoonde wereld, vlak bij een klooster.

Door onze afzondering is het contact met elkaar veel intensiever geweest. Door samen te werken leer je elkaar uitstekend kennen, is het ook gemakkelijker om tot een gesprek te komen.

 

 

1960 Mitata
1960 Mitata dam construction being blessed

 

 

GROEIENDE GEMEENSCHAP

Ik heb menige boom opgezet bij het inslaan van de hekpalen! En als je dan steeds met anderen werkt en praat, groeit er als vanzelf een gemeenschap. Nee, laat ik het anders zeggen: men wordt zich de gemeenschap bewust. Immers, als een groep christenen samenkomt om voor zijn medemens wat te werken – en daar is, lijkt mij, een speciale sociale instelling voor nodig – en als deze groep dan bovendien is samengesteld uit jongeren, voornamelijk studerende jongeren, dan is er een gemeenschap. Zij hebben toch veel gelijk? Maar het bewustzijn een gemeenschap te vormen groeit als men elkaar daadwerkelijk leert kennen. Als je tijdens de bijbelstudies merkt: hè ja, zo denk ik er ook over, maar … die kerel is toch anglicaan? Soms was het niet eens een kwestie van herkennen, maar van ontdekken. Ik voor mij heb in het kamp, maar vooral bij de bijbelstudies veel geleerd.

HET GELOOF VAN DE ANDER

Het gevoel bij elkaar te horen groeit ook tijdens de vele discussies – waar fel gedebatteerd kon worden, en lang, maar waar toch duidelijk blijkt dat we één basis hebben: het geloof in Jezus Christus. Was het wonder dat de Grieken hier het meest als aparte groep bleven staan? Ze hebben dezelfde basis als wij protestanten, maar leggen de nadruk op zo heel andere facetten. Denken langs andere lijnen. Hun geloof lijkt ons veel strakker, dogmatischer, voor de leek veel eenvoudiger ook. Zij begrijpen niet dat wij protestanten met zoveel problemen en twijfelingen rondlopen. “Het staat toch in de bijbel?” Zij verwijten ons dat wij achter elk woordje een probleem zoeken. Anderzijds heeft een gesprek met een Grieks meisje, dat veel moeite had met goed en kwaad, met Christus, met God, dat vol zat met twijfels en zeker niet passief de godsdienst aanvaardde, mij duidelijk gemaakt dat je je niet blind moet staren op de stevigte van het geloof, zoals deze orthodoxe kerken het officieel vaststellen. De instelling van de Grieken ten opzichte van hun geloof is heel anders dan die van ons. Het is zeer nuttig je daarin te verdiepen.

Wat is nu het resultaat van zo’n werkkamp? Misschien hebben we de bewoners van Kythera geholpen – meer mentaal dan praktisch denk ik – misschien hebben we de “oecumenische gedachte” verspreid, uitgedragen. Maar zeker is het dat wij een tijdlang lid zijn geweest van een oecumenische gemeenschap; dat we elkaar meer zijn gaan waarderen, beter zijn gaan begrijpen. De ridiculiteit van het bestaan van honderden kerken waar er één hoort te zijn, is ons scherper duidelijk geworden. We zijn gaan beseffen dat al die “enorme” verschillen niet zo enorm zijn, dat er meer gemeenzaam is dan er verschillen zijn. Dit heeft ons nog meer overtuigd van de noodzaak oecumenisch te denken en te zijn. En dat is een ontzaggelijk waardevolle ervaring.

LEENDERT W. RUITENBERG

(Bij deze tekst behoorde een foto van de ezel van de groetenboer die Myrtidia bezocht)  

 

 

Myrtidia 1960 Summer camp group

 

Begin typing your search term above and press enter to search. Press ESC to cancel.